Toepassingskaart 6 Interculturele communicatie
Hoe bereid je je voor op een oudergesprek?
Dat hangt van het type gesprek af. Als het een rapportgesprek is haal ik de resultaten erbij die het kind gehaald heeft en haal ik hieruit een doel wat ik wil bereiken in het gesprek. Gaat het gesprek over het gedrag van het kind, dan stel ik voor mezelf een doel op wat ik hierover wil bereiken en aan de hand hiervan bereid ik me voor. Dat kan zijn praten met andere collegas, de intern begeleider, de remedial teacher. Verder kan het nog af hangen door wie het initiatief genomen is, dat van de ouders of van mij.
Ga je na wat er speelt in de familie?
Soms wel, hangt af van het type gesprek. Tijdens de groepsoverdracht aan het begin van het jaar bespreek je de leerlingen en ga je na hoe het gaat in de familie. Vaak weet je dus al veel over wat er speelt in de familie.
Neem je verschillende materialen door en/of gebruik je deze in een gesprek, zoals cijfers, werkjes van leerlingen?
Ja, hangt van type gesprek af, met het rapport gesprek gebruik ik de toetsmapjes en werkjes die het kind gemaakt heeft. Maar het hoeft niet altijd. Soms is het een informerend gesprek of kennismaking.
Hoe open je het gesprek? Doe je dit met een kopje koffie of thee?
Ik open de deur, begroet de ouders en laat ze naar binnen. Ik loop achter ze aan en ga pas tegen over ze zitten op het moment dat de ouders zitten.
Als het een lang gesprek is bied ik wel kopje thee of koffie aan. Bij korte gesprekken heb je hier geen tijd voort. Daarna leid ik in waarom de ouders hier zijn. Bijvoorbeeld bij een rapport gesprek: U heeft het rapport gezien, wat vond u hiervan? Zo kun je een beetje peilen hoe de ouders in het gesprek staan. Bij een advies gesprek: Uw zoon of dochter heeft het advies gehad, bent u er tevreden over?Of bij een gesprek over het gedrag van een kind: Ik merk dat het kind de laatste tijd, herkent u dit?
Hoe betrek je de ouders erbij tijdens het gesprek?
Door vragen te stellen, en ouders hun verhaal laten vertellen.
Gebruik je het systeem luisteren, samenvatten en doorvragen?
Ja, bij lange gesprekken. Aan het einde van het gesprek afspraak herhalen. Vaak gebruik ik de zin: Dus klopt het dat? Daarna ga ik weer verder.
Stel je het kind op als middelpunt?
Ja, want het gesprek gaat over het kind. Tenzij het gesprek gaat over de ouders of opvoeding.
Sluit je het gesprek met iets positiefs af?
Ja, ik herhaal de afspraken die ik gemaakt heb met de ouders en vraag of ze het er mee eens zijn. Dan zeg ik dat we ervoor gaan en maak zo nodig een vervolg afspraak. Dit kan de ouders ook positief zijn naar ouders toe. Verder vertel ik dat ze altijd mogen bellen als ze ergens mee zitten of nog wat willen weten. Positief zijn probeer ik door het hele gesprek heen te doen.
Als de ouders iets aan je vragen, vertel je aan de ouders wat je er mee gaat doen?
Ja, bijvoorbeeld als ik iets niet weet over een middelbare school: “Ik ga even naar de middelbare school bellen. Zal ik u dan hierover bellen of mailen?” Of: Ik ga het opzoeken en mail/bel u.” Of “Ik ga overleggen met een collega en laat het u zo snel mogelijk weten!”